
Helaas kan het gazon door verschillende redenen kale plekken vertonen. In dit artikel leggen we u uit wat de veelvoorkomende oorzaken zijn van kale plekken in het gras en, belangrijker nog, hoe u deze plekken eenvoudig kunt herstellen. Ook bespreken we wanneer u dit het beste kunt doen en geven we tips om nieuwe kale plekken in de toekomst te voorkomen.
Oorzaken van kale plekken in het gazon
Kale of gele plekken kunnen in elk soort gazon ontstaan. Hieronder vindt u de belangrijkste oorzaken op een rij:
Intensief gebruik van het gras
Veel voetverkeer, spelende kinderen of huisdieren kunnen het gazon beschadigen. Door de constante belasting wordt de bodem verdicht en kan het gras kapotgetrapt raken. Dit leidt vaak tot kale plekken op druk belopen trajecten. Vooral intensieve betreding wanneer de bodem nat is zal ervoor zorgen dat deze sneller dichtslaat waardoor gras slechter gaat groeien op deze plekken.
Objecten op het gazon
Heeft er langere tijd een tuinmeubel, speeltoestel of zwembadje op het gras gestaan, dan raakt het gras verstikt zonder licht en zuurstof. Hierdoor ontstaan gele of kale plekken onder het object. Zelfs wanneer een blaadje te lang op één plek ligt zal er onder dit blad al een kale plek ontstaan.
Gebrek aan water (droogte)
Gras heeft voldoende vocht nodig. In periodes van droogte of wanneer u te weinig sproeit, kan het gras verdorren en afsterven, met dorre kale plekken als gevolg. (Andersom kan juist te veel water ook problemen geven, bijvoorbeeld doordat wortels gaan rotten, maar dit komt minder vaak voor.)
Schaduwrijke plekken
Gras groeit het best in de zon. Schaduw van bomen, schuttingen of gebouwen zorgt ervoor dat het gras minder licht krijgt en dunner wordt, waardoor eerder kale plekken ontstaan. In diepe schaduw kan het gras zelfs helemaal wegkwijnen.
Verkeerd maaien
Bij te kort maaien raakt het gazon gestrest en verzwakt. Maai het gras nooit korter dan ca. 3–4 cm, en haal niet meer dan eenderde van de grassprieten weg per maaibeurt. Maait u toch te kort, dan krijgt het gras een zwakke weerstand, met kans op kale plekken waar onkruid in gaat groeien. Ook onregelmatig maaien (bijvoorbeeld te laat maaien zodat u in één keer heel veel afsnijdt) kan het gazon beschadigen.
Verkeerde bemesting of “verbranding”
Zowel te weinig als te veel meststof kan problemen geven. Voedingsgebrek leidt tot een zwak, dun gazon dat kwetsbaar is voor ziekten en onkruid. Anderzijds kan overbemesting (of het gebruik van te sterke kunstmest) het gras verbranden, waardoor gele/kale plekken ontstaan. Wanneer het gras verbrandt door overbemesting is het leven niet direct uit de wortels van het gras. Een tijdje deze plekken extra bewateren, zodat de overtollige meststoffen uit de bodem spoelen kan ervoor zorgen dat het gras binnen niet al te lange tijd weer herstelt. Een vergelijkbaar effect ziet u bij huisdierenurine: als een hond regelmatig op het gras plast, veroorzaakt de geconcentreerde urine ronde, verbrande plekken in uw gazon.
Verwijderd mos of onkruid
Heeft u veel mos of onkruid uit het gras verwijderd, dan blijven open plekken over waar nog geen nieuw gras is. Zonder direct in te zaaien, blijft zo’n plek enige tijd kaal en ligt deze open voor onkruidgroei.
Grasziekten en insectenplagen
Schimmelziekten (zoals dollar spot of sneeuwschimmel) kunnen delen van het gras doen afsterven. Ook engerlingen en emelten (larven in de bodem) vreten aan de wortels, waardoor het gras loslaat en kale plekken ontstaan. Andere insecten zoals mieren kunnen het gazon ondergraven, en zelfs mollen veroorzaken schade door hun molshopen. Het is belangrijk eerst de ziekte of plaag te bestrijden voordat u de kale plekken gaat repareren, anders komt het probleem steeds terug.
In extreme gevallen, bijvoorbeeld wanneer meer dan de helft van uw gazon is verdwenen door ziekte of schade, kan het beter zijn om de hele grasmat te vernieuwen. In de meeste gevallen gaat het echter om kleinere plekken en zijn deze goed plaatselijk te herstellen.
Hoe kunt u kale plekken herstellen?
Gelukkig zijn kale plekken in het gazon relatief eenvoudig te herstellen. Belangrijk is wel dat u eerst de oorzaak aanpakt voordat u nieuw gras gaat zaaien of leggen. U heeft twee opties om de schade te repareren: bijzaaien met graszaad of opvullen met nieuwe graszoden. We bespreken hieronder beide methoden.
Optie 1: Kale plekken bijzaaien met graszaad
Bijzaaien is de meest gekozen methode voor particulieren om kale plekken te dichten. U zaait nieuw graszaad op de kale plek zodat het weer dichtgroeit. Volg onderstaand stappenplan voor een succesvol herstel met graszaad:
- Maai het gazon kort rondom de kale plek (maar niet té kort – ongeveer 4 cm is ideaal). Dit zorgt dat de nieuwe zaailingen voldoende licht krijgen.
- Verwijder dood gras, mos en vuil van de kale plek. Hark de plek schoon zodat de ondergrond bloot komt te liggen.
- Maak de grond los. Spit, of prik de kale plek ongeveer 10–20 cm diep om de bodem luchtiger te maken. Verwijder ook eventuele harde stukken grond.
- Verbeter de bodem (optioneel): Meng wat verse potgrond of gazon-aarde door de bestaande grond. Dit verbetert de bodemstructuur en bevat voedingsstoffen voor een goede start.
- Zaai nieuw graszaad in: Kies een hoogwaardig graszaad en strooi dit gelijkmatig over de kale plek. Zaai in twee richtingen (lengte en breedte) voor een goede dekking. Tip: Gebruik bij voorkeur hetzelfde type graszaad als uw bestaande gazon, voor een egale kleur en structuur. U kunt ook een speciaal herstel- of doorzaaimengsel gebruiken.
- Hark het zaad lichtjes in en dek het eventueel af met een dun laagje aarde. Door voorzichtig te harken mengt u de graszaadjes met de aarde, wat ontkiemen bevordert.
- Druk de ingezaaide grond aan. Gebruik uw voet of een plank om de grond zachtjes aan te stampen. Een goede aandrukking zorgt voor contact tussen zaad en bodem.
- Geef water: Besproei de ingezaaide plek met een fijne regen. Maak de grond vochtig, maar niet kletsnat om wegspoelen van zaad te voorkomen.
Na het zaaien is de nazorg cruciaal. Houd de herstelde plekken de eerste 2–4 weken constant vochtig zodat de graszaadjes kunnen kiemen. Zet eventueel het herstelde deel af met pinnen of lint, zodat er niet overheen gelopen wordt. Wanneer het nieuwe gras ongeveer 10 cm hoog is, mag u het voorzichtig maaien.
Optie 2: Kale plekken opvullen met graszoden
Heeft u een wat grotere kale plek of wilt u meteen resultaat, dan kunt u ook nieuwe graszoden neerleggen op de beschadigde plek. Deze methode geeft direct een groene aanblik. Ga als volgt te werk:
- Steek de oude grasmat uit: Snijd de kale/kapotte graszode uit met een scherpe schep of kantensteker, net zoals u een stuk turf uitsteekt. Verwijder alle resten van de oude grasmat.
- Verbeter de ondergrond: Meng wat goede potgrond of gazongrond door de blootgelegde bodem. Hierdoor verbetert u de bodemkwaliteit en wortelen de nieuwe zoden beter. Maak de grond vlak en iets vochtig.
- Leg de nieuwe graszode: Neem een verse graszode (op maat gesneden) en leg deze op de voorbereide plek. Zorg dat de nieuwe zode goed aansluit tegen de randen van het bestaande gazon. Gebruik bij voorkeur dezelfde grassoort/kwaliteit zode als uw huidige gazon om kleur- en hoogteverschil te minimaliseren.
- Druk de graszode stevig aan: Loop er voorzichtig overheen of gebruik de achterkant van de schep om de zode aan te kloppen. U kunt ook een grasmaaier zonder mes over de plek rijden om de nieuwe zode goed te laten hechten aan de ondergrond of beter nog zou het gebruik van een tuinwals zijn.
- Geef extra zorg: Het vervangen stuk gras heeft de eerste tijd wat extra aandacht nodig. Bemest het gazon licht na het leggen van de zode en geef voldoende water, zodat de nieuwe grasmat goed kan aanslaan. Loop de eerste twee weken niet op de nieuwe zode. Na circa 10–14 dagen is de graszode geworteld en kunt u het gazon weer normaal gebruiken.
Wanneer kunt u het beste herstellen?
Kale plekken (opnieuw) inzaaien doet u bij voorkeur in het voorjaar (april/mei) of in de nazomer (augustus/september). In deze periodes is de bodem warm genoeg en vaak vochtig, wat ideaal is voor grasgroei. Door in het voorjaar te herstellen, zorgt u ervoor dat uw gazon sterk en groen de zomer ingaat, en herstel in de late zomer helpt het gazon de winter goed door te komen.
Natuurlijk kunt u ook op andere momenten kale plekken aanpakken, maar vermijd extreem hete droge zomerweken en de koude winterperiode. In de zomer kunt u bijzaaien beter vroeg in de ochtend of avond doen en zeer regelmatig sproeien, zodat de kiemende graszaadjes niet uitdrogen. In de winter groeit gras nauwelijks, waardoor inzaaien weinig zin heeft totdat het weer warmer wordt (>10°C). Kortom, voorjaar en late zomer/herfst zijn de beste herstelperiodes.
Tips om nieuwe kale plekken te voorkomen
Regelmatig verticuteren
Verwijder minstens één keer per jaar de viltlaag en mos uit uw grasmat met een verticuteerhark. Dit zorgt voor meer lucht, licht en voedingsstoffen in de bodem, waardoor het gras gezond blijft. Bovendien krijgen mos en onkruid zo minder kans om uw gras te verstikken. Tip: Na het verticuteren zijn er vaak wat kale plekjes zichtbaar. Deze groeien niet altijd vanzelf dicht, dus zaai ze direct even bij zodat u sneller weer een gesloten grasmat heeft en onkruid geen kans krijgt.
Bodem beluchten
Bij intensief gebruik kan de grond dicht en hard worden (verdichting). Prik daarom elk jaar op zware grond of drukbelopen stukken gaatjes in de bodem met bijvoorbeeld een riek of prikrol. Dit beluchten van het gazon zorgt dat water en zuurstof dieper bij de wortels komen. Een luchtige bodem helpt wortels sterk te blijven en voorkomt dat het gras door verstikking afsterft.
Goed maaien
Hanteer de juiste maaitechniek: maai minimaal 2 keer per week (in het groeiseizoen) maar niet te kort – 3 à 4 cm is ideaal. Een iets langer gazon heeft een dieper wortelgestel en is weerbaarder tegen droogte en betreding. Wissel eventueel de maairichting af en zorg voor scherpe messen. Laat het gazon ook af en toe rusten: probeer steeds op dezelfde plekken lopen te vermijden. Leg voor veelgebruikte looproutes desnoods stapstenen of een pad aan, zodat het gras daaromheen kan herstellen.
Voldoende water geven
Zeker in droge zomers is beregening essentieel om uw gazon groen te houden. Geef bij droogte ongeveer 1–2 keer per week grondig water in plaats van elke dag een beetje. Diep sproeien stimuleert diepere wortels. Probeer ook plasvorming te voorkomen; een gazon met constante natte plekken kan wortelrot krijgen. In droge periodes kunt u beregening het beste ‘s ochtends of ‘s avonds doen om verdamping te beperken.
Het gazon bemesten
Een gezond, dicht gazon heeft voldoende voedingsstoffen nodig. Strooi daarom 3 keer per jaar een geschikte gazonmest: in het voorjaar, zomer en najaar. Kies bij voorkeur een organische meststof die geleidelijk voeding afgeeft. Let op dat u de aangeraden dosering aanhoudt, meer is niet beter. Overbemesting kan namelijk leiden tot verbrande, gele plekken. Tip: Na de winter of na intensief gebruik kunt u het gras een extra boost geven met een speciale herstelmest. Vergeet niet om na het bemesten voldoende water te geven of mest net voor een regenbui, zodat de korrels oplossen.
Wees er snel bij
Ziet u toch een beginnend kaal plekje? Wacht niet af, maar herstél het direct. Houd een beetje graszaad achter de hand, meng dit met wat potgrond en strooi het in het kale plekje. Trap het licht aan en geef water. Door zo proactief te werk te gaan, kan het gras zichzelf sneller “genezen” en krijgen onkruid en mos geen kans om de open plek over te nemen.

Wilt u ook uw gazon herstellen?
In onze webshop hebben wij een groot productaanbod om uw gazon te herstellen