Wild gras is een verzamelnaam voor ongewenste grasplanten die spontaan in uw gazon opduiken. U herkent deze wilde grassen vaak aan de lichtere, geelgroene kleur die afsteekt tegen het normale diepgroene gazon. Van een afstandje lijken zulke plekken op storende vlekken in het gras. Wilde grassen kiemen bovendien al bij lagere temperaturen dan de ingezaaide grassoorten, waardoor ze vooral op kale of verzwakte stukken gazon snel de kop op steken.
Wilde grassen hebben een hoge voedingsbehoefte en trekken veel water en voeding uit de bodem, waardoor het reguliere gras in de verdrukking komt. Als u wild gras zijn gang laat gaan, zal het zich in leven proberen te houden door continu nieuwe zaadpluimen te vormen. Het vervelende gevolg is dat uw gazon al snel geplaagd wordt door woekerende polletjes wild gras. In dit artikel leest u welke wilde grassoorten veel voorkomen, hoe u ze kunt herkennen en kunt verwijderen.
Wild gras verwijderen uit het gazon
Wild gras is gelukkig vrij eenvoudig met de hand te bestrijden, mits u maar zo snel mogelijk actie onderneemt. Chemische bestrijdingsmiddelen zijn in het gazon doorgaans geen oplossing, omdat er geen selectief middel bestaat dat wél wild gras en níet het gazongras aantast. De beste aanpak is daarom om wild gras handmatig, met wortel en al, uit de grond te verwijderen. De meeste wilde grassoorten wortelen niet diep, dus u kunt ze relatief makkelijk uittrekken. Kunt u door de hoeveelheid pollen niet alles uitsteken, dan is er één praktische uitzondering: een plaatselijke spotbehandeling van losse pollen. Breng zo’n onkruidverdelger heel gericht aan met een plantenspuitje of kwastje, zodat alleen de storende pol geraakt wordt. Dit scheelt werk bij grote aantallen pollen, maar u krijgt wel een kale plek op die plek; bovendien geldt er een wachttijd voordat u weer kunt inzaaien (raadpleeg altijd het etiket). Het verwijderen kunt u doen met de hand (eventueel met handschoenen) of met behulp van eenvoudig gereedschap zoals een onkruidsteker. Steek de schoffel of onkruidsteker ruim om de pol heen in de grond, zodat u zoveel mogelijk van de wortels mee omhoog haalt. Een vochtige ondergrond (bijvoorbeeld na regen) maakt dit klusje makkelijker omdat de wortels dan minder weerstand bieden. Verwijder al het uitgegraven wilde gras uit het gazon zodat er geen restant achterblijft dat opnieuw kan aangroeien.
Bij grotere pollen of een ernstiger wildgrasplaag in een klein gazon kunt u overwegen om het betreffende stuk grasmat in zijn geheel uit te steken. Dit klinkt rigoureus, maar is vaak een snelle oplossing: steek de plag met wild gras volledig weg met een scherpe schop, en vul de ontstane kale plek vervolgens op met nieuwe aarde gemengd met graszaad. U kunt ook een stukje verse graszode op maat snijden en in de opening leggen voor direct resultaat. Houd er rekening mee dat verwijderen van wild gras altijd tijdelijke kale plekken oplevert. Dat is echter geen reden om het te laten staan. Het is juist raadzaam om ongewenste grassen direct weg te halen om te voorkomen dat ze zich nog verder uitzaaien en grotere kale plekken veroorzaken. Vermijd grootschalig gebruik van chemische onkruidverdelgers en kies bij voorkeur milieuvriendelijke methoden; beperk een eventuele chemische aanpak tot een nauwkeurige spotbehandeling van individuele pollen. Geef het gazon tijdelijk minder water; wilde grassen hebben oppervlakkige wortels en verdragen droogte slecht, waardoor ze makkelijker te verwijderen zijn. Regelmatig kort maaien (3–4 cm) helpt wild gras te bestrijden, omdat het zich hierdoor uitput. Gooi het maaisel direct weg en mulch niet, om verspreiding van wild gras te voorkomen. Bij ernstige problemen kunt u het gazon verticuteren, gevolgd door direct doorzaaien om kale plekken snel te herstellen.
Herstellen van kale plekken ontstaan door wild gras
Het is belangrijk om kale plekken die ontstaan na het verwijderen van wild gras zo snel mogelijk te herstellen. Doet u dat niet, dan laten juist die open stukjes grond weer ruimte voor nieuw onkruidgras. Zaai lege plekken daarom direct in met geschikt gazonzaad om te voorkomen dat wild gras opnieuw de kans krijgt om daar te groeien. Gebruik bij voorkeur hetzelfde graszaadmengsel als de rest van uw gazon, of een speciaal reparatiemengsel, zodat de nieuwe sprieten qua kleur en structuur mooi aansluiten. Dek het graszaad af met een dun laagje potgrond of gazongrond om uitdroging en vogelvraat tegen te gaan, en houd de plek vochtig tot de zaden ontkiemd zijn. Heeft u plaatselijk een onkruidverdelger gebruikt, wacht dan met inzaaien tot de volledige uitwerktijd en eventuele wachttijd op het etiket zijn verstreken.
Wanneer herstellen
Het najaar (eind augustus tot oktober) is de ideale periode om kale plekken in te zaaien. In het najaar is de bodem nog warm genoeg voor een snelle kieming, maar de groei van storende zomergrassen zoals hanenpoot en harig vingergras neemt af. Door in het najaar te zaaien geeft u deze zomerkiemers geen kans om terrein te winnen ten opzichte van het nieuwe gras. Bovendien is de vochtigheid in het najaar vaak hoger, wat gunstig is voor graszaad. Kunt u niet tot het najaar wachten? Zaai dan bij voorkeur in het vroege voorjaar, en zorg voor voldoende water en voedingsstoffen zodat het gras snel dichtgroeit. Hoe korter de periode is dat er kale grond openligt, hoe kleiner de kans dat wilde grassen zich opnieuw vestigen. Onthoud dat volledig uitroeien van wild gras waarschijnlijk niet permanent mogelijk is, het blijft natuur. Maar met bovenstaande maatregelen kunt u de schade sterk beperken en uw gazon in topconditie houden.
Wilt u ook uw gazon herstellen?
In onze webshop hebben wij een groot productaanbod om uw gazon te herstellen
Bestel direct in onze webshop
